De situatie in april, en ook corona, heeft me veel geleerd over mezelf en ik kan niet meer verder op dezelfde voet. Als je me dan zou vragen wat er precies veranderd is, zou ik me wel voor het blok gezet voelen, want ik kan het ook weer niet precies benoemen. Behalve dan in grote lijnen.
Ik was me er niet eens zo bewust van dat ik het deed, maar doordat het helemaal niet kon na mijn opname, kwam ik erachter hoe ik altijd maar doorging, aan het jagen was. Op zich is dat niet zo raar, want ik heb dat thuis als voorbeeld gehad. Mijn moeder was altijd bezig, zat nooit stil.
Mijn interpretatie daarvan is dat het makkelijker was voor haar om maar door te gaan, omdat ze dan niet hoefde te voelen wat ze voelde en niet stil hoefde te staan over de situatie waarin we ons bevonden. En, ook niet onbelangrijk, dan hoefde je ook niet te praten met elkaar, want dat zou maar ongemakkelijke gesprekken opleveren waar je wellicht ongemakkelijke en moeilijke conclusies uit zou moeten trekken. Ontkenning was makkelijker.
Dat geldt in bepaalde mate ook voor mij. Doorgaan betekent niet stilstaan bij wat zich voordoet, wat dat met me doet en niet hoeven voelen. Nu voelen een belangrijker rol inneemt in mijn leven, merk ik opeens ook dat ik veel meer rust nodig heb dan ik mezelf gun. Een grote verandering is, dat ik mezelf die rust nu wél gun.
Het is ook heel makkelijk om in woorden te zeggen, 'nog even dit' en 'nog even dat'. In die taal zit voor mij een ontwijking van wat nodig is, omdat dat was wat mijn moeder zei, 'nog even de was ophangen', 'nog even... etc.', dus die thee werd samen nooit gedronken.
Na mijn opname kon 'nog even' even niet meer. Wat vooral nodig was, was rust. Die moest ik mezelf toen wel geven. Het woord 'even' gebruik ik nu liever niet meer. In woorden zit meer kracht dan je zou denken.
Pas nu kan ik écht aan mezelf werken, alsof de tijd er nu rijp voor is. Het is goed opletten wat ik doe, hoe ik reageer, hoe ik tegen mezelf en anderen praat. Ook daarin is er geen sprake van 'even', het kost veel energie en tijd. Stapje voor stapje kom ik steeds verder.
Ik vind het belangrijk om niet 'alleen maar' hard te werken, te 'moeten', er mag ook ruimte zijn voor plezier of voor helemaal niets. Ik houd ervan om inspirerende interviews, podcasts, etc. te kijken. Daar krijg ik enorm veel energie van. Ook dat kost veel tijd, want vaak genoeg zijn dat gesprekken van bijna 2 uur. Ik combineer wat goed is voor me met wat ik wil. Ik wil elke dag naar buiten en daar helpt de ommetje-app me heel goed bij. Omdat ik er punten voor krijg, wil ik elke dag naar buiten en mijn reeks behouden. Al blijf ik ook wel eens binnen, omdat het erg slecht weer is. Dan jog ik op de plaats of wandel ik door ons huis. Het zorgt er dus sowieso voor dat ik elke dag mijn half uur beweging krijg, minimaal. Ik voel ook vaker of ik ergens zin in heb of aan toe ben. Soms doe ik mijn krachttraining niet, omdat het niet zo voelt en dan heb ik daar ook vrede mee.
Voor nu laat ik het daarbij, want het is bijna 20.00 uur en dan wil ik mijn computer afsluiten. Ik wil afsluiten met een podcast van Aubrey Marcus, waarin hij Peter Crone interviewt. Ik vind dat zo'n ontzettend mooi gesprek. De dingen die Peter Crone zegt, kloppen voor mij zo erg, het is in mijn ogen zo logisch en waar dat ik me niet kan voorstellen dat er mensen kunnen zijn die er anders over denken.
Ik heb de hoop dat corona ons wakker schud en dat de wereld ten goede verandert. Zoals ik hier al schreef, is het aan ons allen om dat te bewerkstelligen. Ik werk hard aan mijn aandeel, ik hoop dat jij jouw deel ook oppakt.